Technische data

Barbarahof: stedelijk wonen rondom een 'piazza' aan de oevers van de Dijle

 

De Barbara-site omvat de vroegere parking en de naastliggende gebouwen van de KBC Groep en de Boerenbond. Beide gebruikers zijn vertrokken naar een nieuwbouw aan de stationsomgeving. De ontwikkelaar van Hertogeneiland (nv Resiterra) heeft samen met CFE-Immo op Barbarahof een initiatief genomen voor een nieuwe stedelijke invulling. Daar waar het masterplan van onze hand is, wordt er voor de architectuur samengewerkt met architectengroep A33 uit Leuven. A33 heeft meer bepaald het ontwerp van de individuele woningen (9st) en van het grote te renoveren blok gemaakt. Voor de buitenaanleg wordt beroep gedaan op de landschapsarchitecten van Wirtz International.
Het project zal een 200-tal nieuwe wooneenheden bevatten, drie commerciële ruimtes, 240 ondergrondse parkings en zo'n 400 fietsenstallingen. Meer dan 90% is woonfunctie. Het totale terrein heeft een oppervlakte van zo’n 1,2 ha waarvan de helft wordt ingenomen door publieke ruimte en private tuinen.
De eerste fase is volop in uitvoering. De tweede fase is gestart in januari 2009 (na de verhuis van KBC en de Boerenbond). Het volledige project zal klaar zijn tweede helft 2010.

Wonen in de Leuvense binnenstad - stedenbouwkundige uitgangspunten

 

Samenhang en zin voor stedelijke identiteit
De Barbara-site vormt met Hertogeneiland, aan de andere Dijle-oever, de middeleeuwshistorische kern van Leuven. De uitdaging bestond erin, een aantrekkelijke, hedendaagse woon- en leefarchitectuur te creëren in de oude binnenstad. De integratie van oud en nieuw moet voor ons gebeuren vanuit een goed begrip van ‘stedelijke identiteit’. Uit ons onderzoek rond Leuven kwam een sterk, levendig contrast naar voor tussen een hoogburgerlijke, ‘mannelijk’-rationele bovenbouw (de Universiteit, banken, vrije beroepen,…), en een ‘vrouwelijk’-romantische onderstroom (Begijnen, de zorgsector, de zachte nachten, de smalle straten en de kleine alternatieve winkeltjes…). Dit contrastgevoel werkte doorheen heel het ontwerpproces, als een duurzame ‘fond’. Het stadsdeel is jaren een ‘kankerplek’ geweest in de stad. De therapie bestaat erin, de huidige geschonden bouwblokken te herstellen en alzo een sterk, eerder formalistisch, plein te creëren. Naarmate men verder van deze kern weggaat, passen we op stedenbouwkundig en architecturaal vlak schaalverkleining toe; zowel in bouwhoogte en bouwvolume als in architectuurdetails.

 

Een harmonie van ‘mannelijke’ en ‘vrouwelijke’ lijnen
Leuven is geen geheimzinnige, donkere stad. Integendeel. Het streven naar licht, lucht, communicatie en harmonie primeert. Jong en oud vermengen zich, vooral door het samengaan van deftig academisme en studentikoze traditie. De harmonie tussen contrastrijke belevingswaarden wordt op de Barbarasite op verschillende manieren ingevuld: - Door een hiërarchie van boulevards, straten en steegjes. De boulevards bieden plaats aan het Champs Elysée-gevoel, het stedelijk flaneren. De straten en - vooral - de steegjes zijn 'luwe ‘corners’ die op de woonprivacy aansluiten, hoekjes of okselmomenten waarin men zich verborgen en geborgen voelt. Het stedelijk plein staat bovenaan de hiërarchie en drukt klasse uit, terwijl de omliggende straten meer geborgen van stijl zijn en de klassieke elementen van de pleingevels hernemen in een minder uitgewerkte vorm. - Door de antithese van publieke en private ruimte, die aanleiding geeft tot passages of oversteekmomenten, het plezier van thuis te komen en terug buiten te gaan, in een stad die kosmopolitisch én intimistisch kan zijn.

 

De ‘Toren van St. Barbara’: een nieuw stedelijk baken
Het kwartier weerspiegelt Leuven, maar verkrijgt een eigen karakter en bioritme. Hiervoor was het toevoegen van een torenaccent essentieel: de Barbaratoren gaat tot de Leuvense skyline behoren, niet als woontoren maar veeleer als ‘klok’ van het kwartier,- een kwaliteitsmoment dat de snelheid verlaagt en de aandacht trekt op de plek zelf, het plein waarop zijn schaduw valt. De stedelijke toren wordt een stuk monumentaliteit die de plek benoemt binnen de globale stedelijke samenhang. Hij bakent af en verbindt. Bovenaan de toren voorzien we een extra accent, verwijzend naar de barokke superstructuur van de Lakenhalle.

 

Typologie
Het project gaat over wonen-in-de-stad. Sowieso zijn architecturale hoogstandjes uit den boze. Maar voor woonfuncties is dat zelfs een vereiste. Architectuur heeft hier meer weg van een complexe puzzel (ruimtes moeten ‘bewoonbaar’ zijn in al hun facetten (planindeling, kamerinrichting, lichtinval, privacy,….). Privacy is essentieel, zowel ten opzichte van de buitenwereld, als ten opzichte van de bewoners onderling. Hinderbestrijding is het motto.

 

Architecturale details en materialen
De basistonaliteit voor Leuven is grijsbeige (de Lakenhalle) met arduin (de hoogburgerlijke façades). Natuursteen primeert sowieso, maar ook veel baksteen, eerder bruin-beige dan vol rood. De gevels zullen hoofdzakelijk uit baksteen bestaan. Op het plein, maar ook elders, kiezen we tevens voor licht van mekaar verschillende bakstenen, zodat er pandvorming ontstaat, zonder de sterkte van het geheel uit het oog te verliezen. De detaillering aan het stadsplein zal sterker uitgesproken zijn, zonder overdrijven weliswaar, verwijzend naar de Gotische en hoogburgerlijke kant van de stad, gedomineerd door handel, onderwijs, zorg, cultuur. Naarmate we verder van het plein verwijderd zijn, neemt de graad van detaillering af. Gebruikte details: sterk geprofileerde overstekende dakranden, verschillende types van terrasafsluitingen, raamkaders in natuursteen of sierbeton, natuurstenen ‘toon-op-toon’ sokkels voor de gebouwen. Het groen (bomen, plantsoenen), verzacht de architectuur en geeft het nieuwe stadskwartier haar uitgesproken karakter en dus ook haar eigen identiteit.